Humanisme
Humanisme is geen groot verhaal, het is veeleer een gedachtengoed met vele sporen en een rijkdom aan verhalen die doorlopend aangevuld worden. De verhalen op zichzelf zijn tijd-, plaats- en cultuurgebonden. Humanisme vandaag is daarom een veelzijdig en complex verschijnsel. Het is uit vele bronnen gevoed en het actualiseert zich tot vandaag steeds opnieuw.
De wortels van de humanistische levensbeschouwing zijn voor het eerst als ‘humanisme’ geëxpliciteerd in de late Middeleeuwen (Erasmus, Petrarca, …) en in de Renaissance (Pico dello Mirandola, Montaigne, …). Centraal stonden vragen op het vlak van moraal en over de mens als individu en zijn plaats in de samenleving. Het ging gepaard met sterk veranderde opvattingen over wetenschap, kunst, opvoeding en onderwijs. De humanistische traditie, die de Oudheid (de wijsheid uit de Griekse en Romeinse oudheid, Aristoteles, Cicero… ) verbond met de 15de en 16de eeuw is de oudste traditie van Europa.
De 18de eeuw is van humanistische strevingen doortrokken. Maar ook in de 20ste eeuw vinden we die geest en onderliggend wereldbeeld terug in sociale bewegingen, moderne kunstvormen, kritische filosofie (cf. het existentialisme) en strijd om mensenrechten. Humanisme is naast een wereldbeeld ook een ethische code die het welzijn, de vrijheid, de ontwikkeling en de waardigheid van de mens als het ultieme doel voor de mens voorop stelt, los van alle politieke, religieuze, ideologische en economische idealen en belangen [J. BRAECKMAN].
HUMANISME ALS LEVENSBESCHOUWING
Als we nadenken en spreken over het vrijzinnig humanisme als een levensbeschouwing, dan beklemtonen we in strikte zin het beschouwelijke karakter van de levensbeschouwing van het vrijzinnig humanisme, als een fundamenteel reflectief-cognitieve gerichtheid op het leven. Het gaat om “kennen, interpreteren, beoordelen, waarderen en vooral om vragen stellen en overdenken, antwoorden zoeken en vinden” en niet – of in mindere mate – om voelen (emoties en gevoelens), streven of handelen [H. Alma]. Zij kunnen wel meespelen op de achtergrond en kunnen daarom ook voorwerp worden van of aanleiding geven tot een onderzoekend denkproces.
Als levensbeschouwing biedt het vrijzinnig humanisme een samenhangend zingevingskader dat de neerslag is van een historisch proces van reflectie en verbeelding van wisselende individuen, die zich soms verenigden.
Humanistische professionals – moreel consulenten of vrijzinnig humanistische waardenwerkers en voor een stuk ook de leraren NCZ – richten zich op het begeleiden en stimuleren van individuen (voor leraren NCZ, specifiek de leerlingen NCZ), groepen en organisaties bij de omgang met zinvragen en het onderzoeken daarvan. Als basis dienen humanistische inspiratie, zelfstandig gearticuleerde en verwerkte humanistische tradities, (voornamelijk sociaal) wetenschappelijke kennis en filosofische perspectieven [J. KOPPEN].
Humanisme kan je niet alleen uitleggen en beargumenteren, maar ook illustreren of verbeelden waardoor je humanistische waarden en idealen kan oproepen en via de verbeelding toegankelijk of voelbaar kunt maken. Bij het humanisme als levensbeschouwing is het uitgangspunt dat de inzet van het menselijk (onder)zoeken ‘zin’ is [H. ALMA]. In de praktijk krijgt dit zoeken van mensen naar zin gestalte in hun opleiding, hun job, in kunst en literatuur, in filosofische beschouwingen, in sport, wetenschappelijke interesse, sociale engagementen …
Alma, H., De kunst van samenleven. Een pleidooi voor een pluralistisch humanisme. VUBPRESS, 2018
Koppen, J., De school van het vrije denken. Een humanistische visie op het Vlaamse onderwijs. ASP, 2019