begrippenlijst

(Post)secularisme/secularisering (theorie binnen de sociologie)

De term is afgeleid van het Latijnse ‘saeculum’, de ondermaanse wereld van het tijdelijke in tegenstelling tot de eeuwige wereld van God. Secularisatie doelt in haar algemene betekenis op de terugval van religie.

De Duitse filosofie (zie Hegel en de jonge Marx) creëerde een alternatieve term ‘Verweltlichung’ (‘verwereldlijking’). In Frankrijk ging de voorkeur medio 19de eeuw naar 'laicité' en laiciser (‘tot de lekenstaat brengen’, streven naar een seculiere staat).

In de loop van de 20ste eeuw won de term ‘secularisatie’ terrein, als aanduiding voor het seculier worden van de wereld. Het staat voor de stelling dat de sociale betekenis van religie voor de werking van de maatschappij en in het leven van de personen daalt.

In de sociale wetenschappen wordt vaak discussie gevoerd over de vraag of secularisatie een neutraal beschrijvend, dan wel een normatief concept is. Is secularisatie een evolutie die zich gewoon voltrekt of is het een noodzakelijke evolutie? En is het een goede of een slechte evolutie? [P. LOOBUYCK]

Voor Jürgen Habermas hoeft een rationele samenleving zich niet te ontdoen van religie, maar moet ze juist een manier vinden om het potentieel dat in geloofstradities ligt opgeslagen, aan te boren en een post-seculiere samenleving uit te bouwen [W. WEYNS].

Met de post-seculiere samenleving doelt Habermas op het feit dat religies ondanks de secularisering, de opmars van de wetenschap, de individualisering en ontzuiling en het atheïsme, nog steeds een belangrijke aantrekkingskracht uitoefenen op mensen en dus niet zomaar zullen verdwijnen. Religie kan nog steeds een maatschappelijke betekenis blijven vervullen. Een post-seculiere houding zoekt naar een manier om respect op te brengen voor religie, zonder dat hierbij de verworvenheden van de secularisering moeten worden opgegeven.

Een post-seculiere verstandhouding veronderstelt drie dingen. Ten eerste dat seculiere en religieuze mensen het bestaansrecht van elkaars levensbeschouwing erkennen en ondersteunen. Ten tweede dat zij beiden de principes van de constitutionele democratie onderschrijven. En, ten derde, dat zij samen een dialogisch leerproces gaande houden om polarisatie langs levensbeschouwelijke breuklijnen te vermijden [M. SAEY].

bronnen
begrippenlijst