begrippenlijst

Zelfsturing

Zelfverantwoordelijk handelen of persoonlijk leiderschap.

Zelfsturing is de manier waarop een leerling zijn leren kan sturen. Het is een competentie, een vaardigheid die ontwikkeld moet worden, maar tegelijk ook een houding en een vorm van zelfinzicht. Zelfsturing doet een beroep op een samenspel van elementen dat leerlingen in staat stelt hun eigen pad en leren in handen te nemen en richting te geven.

Zelfsturing bestaat uit verschillende componenten:

·   een component met betrekking tot overtuigingen waarbij een op groei gerichtemindset en openheid tot leren centraal staat. Het is belangrijk om(in)zicht te krijgen op de impact van eigen overtuigingen op gedrag en beleving, bv. in het omgaan met fouten.

·   een cognitieve component waarbij je weet welke strategieën je kan inzetten om deze inhoud effectief en efficiënt te leren, bv. ‘Welke voorkennis heb ik reeds? Hoe pak ik een oefening best aan en welke alternatieven zijn er?’

·   een metacognitieve component waarbij je plannen kan aanpakken, erop terugblikken en ze eventueel flexibel bijsturen. Dit betekent dat je vooropgestelde doelen concreet maakt en in stapjes structureert, leerstrategieën inzet (hoofd- en bijzaken onderscheiden, verbanden leggen, samenvatten, …), reflecteert en overlegt met anderen. Het is dus ook de component die maakt dat je leert uitvorige ervaringen.

·   een sociale component waarbij leerlingen elkaar gaan opzoeken voor hulp of steun, of ook volwassenen inschakelen (de leerkracht, een ouder, buur, ...). Het gaat hierbij zowel om sociale vaardigheden die ingezet worden om jezelf testuren, als om processen van verbinden, afstemmen op elkaar en de groep.

·   een motivationele component waarbij leerlingen bewust worden van eigendoelen (weten wat je wil), initiatief kunnen en durven nemen, verantwoordelijkheid opnemen voor wat je belangrijk vindt. Het gaat er hier ook om hoe leerlingen zichzelf motiveren en op welke manier ze de ruimte die ze krijgen om autonomie in te zetten al of niet benutten.

·   een emotionele component waarbij leerlingen hun emoties gaan reguleren en een weg zoeken om met bv. stress of onzekerheid om te gaan, alsook het gericht opzoeken van positieve emoties als bekrachtiging.

begrippenlijst